Het is al jaren een tegenstrijdigheid. Nederland laat de verkoop van wiet in coffeeshops toe, maar bestrijdt tegelijk de productie en de aanvoer ervan. Burgemeesters uit de Belgische grensstreek reageren afwijzend. “Het criminele milieu dreigt nu inkomsten te verliezen in Nederland, maar zal dat compenseren langs de Belgische kant van de grens”, zegt Marino Keulen (Open Vld).
In de Tweede Kamer in Nederland wordt al decennialang gedebatteerd over de legalisering van wietteelt. Gemeenten die dagelijks overlast ondervinden van de drugscriminaliteit pleiten voor het te reguleren. Het CDA was altijd tegenstander, het VVD tot voor kort ook. En uitgerekend deze partijen maken deel uit van de nieuwe coalitie die nu pleit voor de lancering van het proefproject waarbij cannabis legaal gekweekt mag worden. Dat wil zeggen dat tussen de 6 en 10 gemeenten in Nederland legaal geteelde wiet mogen verkopen. Het doel van het experiment is het terugdringen van de druggerelateerde criminaliteit. Zo moeten criminele organisaties hun greep op de wietteelt verliezen en moet de cannabisgebruiker een veiliger product in handen krijgen.
In eigen land fronsen de grensgemeenten hun wenkbrauwen. De burgemeesters vrezen dat er een groter drugstrafiek op gang komt door een tolerant Nederlands drugbeleid. “Drugsgebruik, drugstoerisme, betekent altijd meer inbraken en verkoop van drugs”, zegt Marino Keulen (Open Vld). “Wij willen dat Vlaanderen Nederland aanspoort tot overleg met de grensgemeenten, want nu wordt het een waterbed-verhaal. Eigen problemen verplaatsen richting de buren. En dat is niet de samenwerking waar wij voor pleiten”.
Actua-Parlement, woensdag 11 oktober 2017 vanaf 18u op Actua-TV. Daarna doorlopend te bekijken in onze nieuwslus.