De Europese Commissie heeft voor in totaal 315.2 miljoen euro aan geldboeten opgelegd aan Procter&Gamble en Unilever, omdat zij, samen met Henkel, een kartel hadden lopen op de markt voor waspoeders voor huishoudelijk gebruik in acht Europese lidstaten.
In deze geldboete is een boetekorting van tien procent verrekend omdat de beide ondernemingen de feiten erkend hebben en een vlotte afhandeling van het onderzoek hebben mogelijk gemaakt. Henkel kreeg boete-immuniteit omdat zij het bestaan van het kartel aan de Commissie onthulde. De drie ondernemingen zijn de leidende producenten van waspoeder in Europa. Het kartel liep zo’n drie jaar. Doel was het stabiliseren van marktposities en het coördineren van prijzen, wat in strijd is met de EU-mededingingsregels.
Joaquín Almunia, Vicevoorzitter van de Commissie en belast met het mededingingsbeleid deelt tijdens de dagelijkse persconferentie van de Europese Commissie mee dat de Commissie haar onderzoek snel kon afronden, doordat de ondernemingen hun betrokkenheid bij het kartel erkend hebben. In ruil daarvoor krijgen de ondernemingen een kleine boetekorting.
Toch waarschuwt de vicevoorzitter dat de ondernemingen zich geen illusies moeten maken. Almunia onderstreept dat de Commissie onvermoeibaar haar strijd blijft doorvoeren tegen kartels die consumenten meer doen betalen dan wanneer ondernemingen eerlijk en op eigen kracht zouden concurreren.
Laat een reactie achter